In de Gentse Rabotwijk leverde Ondernemingen Louis De Waele het project De Nieuwe Molens op, een geslaagd herbestemmingsproject van een voormalige meelfabriek. Een mix van stalen en betonnen balkons en terrassen bepalen mee het gevelbeeld van het woonwerkproject aan de rand van de Gentse binnenstad. Voor het verankeren van die balkons waren de producten van Schöck een betrouwbare oplossing.
Langs het Verbindingskanaal in Gent, ter hoogte van het Rabotpark, ontwikkelt Square Group het nieuwe stadsdeel Tondelier. Onderdeel van dit dorp in de stad is het deelproject De Nieuwe Molens. Het brengt 51 spatieuze lofts en appartementen, kantoren en garages verdeeld over 4 gebouwen.
De ontwerpers van het Amsterdamse RAPP+RAPP hebben een deel van de bestaande gebouwen behouden en aangevuld met nieuwbouw. Daarbij hebben ze het Molengebouw aan de zuidzijde herontwikkeld tot loftgebouw, het gesloten silogebouw kreeg de nodige gevelopeningen om de herbestemming naar wonen mogelijk te maken. Het monumentale magazijngebouw aan de Gasmeterlaan is gerestaureerd en deels uitgebreid met een nieuwbouw. Een lager nieuwbouwvolume aan de westzijde brengt een vierde wand aan het binnenhof dat tussen deze vier gebouwen ontstaat,” schetst Kris De Caluwé – projectleider bij aannemer Ondernemingen Louis De Waele, het project.
De rode baksteen van de bestaande gebouwen is gerenoveerd of vernieuwd en benadrukt zo het industriële verleden van de site. Stroken in wit architectonisch beton, grote glaspartijen en uitkragende stalen en betonnen balkons brengen een moderne touch in het gevelbeeld. De nieuwe gebouwdelen zijn uitgevoerd in architectonisch beton. Her en der zorgen uitkragende betonnen balkons voor een sterke dynamiek.
Het monteren van die balkons en terrassen is een aandachtspunt op het vlak van koudebruggen. Daar hielpen de producten van Schöck het bouwteam om die uitdaging probleemloos te nemen. “Voor de metalen balkons hebben we zelf de thermische onderbrekingen Schöck Isokorb T type S in de wanden verwerkt. Voor de prefab balkons hebben we samengewerkt met Verheyen Beton. Zij hebben in samenwerking met Schöck de studies uitgevoerd en de nodige thermische onderbrekingen in de elementen voorzien,” vertelt Kris De Caluwé.
Broos Geysen van de prefab betonfabrikant Verheyen herinnert zich het project nog levendig. “We hebben hier in totaal 51 balkons geproduceerd en geleverd. Het ging concreet om 14 uitkragende balkons voor de nieuwbouw, die zijn met Schöck Isokorb® T type K-korven verankerd, en 37 balkons voor de vernieuwbouw en renovatiedelen. Daar hebben we de uitkragende balkons ook met K-korven uitgevoerd, voor de inpandige balkons hebben we Schöck Isokorb® T type Q-korven gebruikt. De grootste uitdaging zat in de balkons voor het nieuwe gebouw. Die kragen 284cm uit en bovendien steunt er een massieve borstwering in beton op het uiterste punt van de balkons. Om trillingen zo goed mogelijk te beperken en differentiële zettingen tussen de verschillende terrasdelen terug te dringen, hebben we de verankering zo hoog mogelijk uitgevoerd. Hier was 300mm het maximaal haalbare,” weet Broos Geysen nog. In de vernieuwbouw was de verankeringshoogte dan weer beperkt en werden relatief zware korven toegepast.
Verheyen Beton vindt in Schöck België een betrouwbare partner voor het bestuderen en leveren van de verankeringselementen. “De belangrijkste troef is de snelle service van Schöck. Ze kunnen niet alleen de korven snel leveren, maar ook bij technisch complex studiewerk helpen ze ons snel met de nodige rekennota’s op basis van onze tekeningen. Wanneer er onverhoopt iets misloopt tijdens de productie kan Schöck doorgaans zeer snel nieuwe korven leveren,” besluit Broos Geysen.